Sluitende meerjarenraming
De basis van deze begroting is de vastgestelde perspectiefnota. Hierna zijn er nog een aantal autonome ontwikkelingen bekend geworden die in de begroting zijn verwerkt. Er is nu een sluitende meerjarenraming.
Inflatie en energieprijzen
Momenteel is er landelijk veel gaande rondom inflatie en de ontwikkeling van de energieprijzen. In de begroting is een inschatting gemaakt van het financiële effect van de energieprijzen op basis van de prijzen van de zomer van 2022. Daarnaast zijn de indexatiepercentages verwerkt zoals opgenomen in de Perspectiefnota 2022. Hierdoor is er nog geen rekening gehouden met de actuele inflatieontwikkeling. We wachten op de Septembercirculaire in de verwachting dat het Rijk daarin meer duidelijk geeft over hoe de gemeente gecompenseerd wordt voor de hoge inflatie. Want niet alleen onze inwoners, ondernemers en instellingen komen hierdoor in de problemen, ook de gemeentelijke organisatie komt voor hogere kosten te staan.
Positief saldo
Daarnaast heeft het Rijk aangegeven in de septembercirculaire meer duidelijkheid te geven over de inkomsten van de gemeenten in 2026. In de voorliggende meerjarenraming is het begrotingssaldo in 2026 € 10 miljoen lager dan in 2025. Dit komt door de lagere algemene uitkering. Het Rijk heeft de uitgaven die te maken hebben met het regeerakkoord tot en met het jaar 2025 doorgerekend in het gemeentefonds. Hierdoor is de uitkeringsfactor in 2026 lager, waardoor alle gemeenten een lagere Algemene uitkering hebben in 2026. Doordat we in 2025 een positief saldo hebben van € 10 miljoen kunnen we dit inzetten ter dekking voor het jaar 2026.